Direct naar artikelinhoud
Opinie

Opinie: Stop de steun aan Rwanda, waar alle kritische geluiden weggevaagd worden

Het Westen moet ook sancties instellen tegen Rwanda. In dat land vinden opnieuw mensenrechtenschendingen plaats, nu tegen politici van de oppositie en journalisten.

President Paul Kagame steekt op 7 april in Kigali de 'Kwibuka' aan, de vlam van hoop ter nagedachtenis aan de Rwandese genocide in 1994.Beeld Jean Bizimana / Reuters

Have you heard about the Rwandan massacre? They don’t know Hutu blame.’ Het is een – in het Nederlands onvertaalbare – politiek correcte woordgrap in Rwanda, want in twee zinnen is duidelijk wie de schuldigen waren aan de genocide tegen de Tutsi’s, zoals het volgens de wet heet in Rwanda.

Het is deze maand 28 jaar geleden dat in Rwanda een afgrijselijke genocide plaatsvond; in honderd dagen werden ongeveer een miljoen mensen vermoord, over de juiste aantallen bestaat nog steeds geen consensus. Volgens de officiële lezing van de Rwandese overheid waren het de (extreme) Hutu’s die Tutsi’s vermoordden.

Er werd destijds veel gejammerd door internationale politici over de gruwelijkheden, maar er gebeurde weinig. Ook Nederland luisterde niet naar een smekende VN en de eigen minister Jan Pronk. Er was weinig animo om wapens en soldaten te sturen. De internationale gemeenschap keek grotendeels weg en probeert sindsdien het schuldgevoel onder het kleed te vegen door opnieuw weg te kijken, nu van de mensenrechtenschendingen in Rwanda.

Concurrerende rebellengroepen

Het land wordt geprezen om de economische vooruitgang, de uitstekende positie van vrouwen en de stabiliserende rol in een uiterst onstabiele regio, waar net over de grens in Oost-Congo concurrerende rebellengroepen, op grondstoffen beluste buurlanden en corrupte machthebbers plunderen, moorden en verkrachten. Dat Engeland zijn economische Afrikaanse vluchtelingen straks in Rwanda over de schutting wil dumpen, past goed in het gastvrije beeld dat Rwanda graag aan de buitenwereld laat zien.

De internationale gemeenschap wordt liever niet geconfronteerd met het andere – duistere – beeld. Met de verdwijningen, de moorden en de arrestaties van de oppositie en kritische journalisten in Rwanda. Ook Nederland niet, het land van internationale gerechtigheid.

Mensenrechtenorganisaties als Amnesty International en Human Rights Watch schrijven hun vingers blauw aan kritische rapporten, maar geen land trekt er consequenties uit. Behalve Rwanda dan. Dat wijst de mensenrechtenorganisaties de deur.

Poetin

President Paul Kagame (zelf van Tutsi-afkomst) is al lange tijd een bewonderaar van president Poetin. Het kritische geluid in Rwanda is met harde hand weggevaagd door staatspartij RPF en haar president Kagame, voormalig hoofd van de Oegandese inlichtingendienst.

Tegen Rusland zijn harde sancties ingesteld door het Westen; nog meer sancties worden overwogen na het zien van de gruwelijkheden in Boetsja. Het wordt tijd dat ook president Kagame en de RPF de rekening gepresenteerd krijgen voor alle mensenrechtenschendingen. Nederland, als een van de belangrijkste donoren van het land, kan het voortouw nemen. 

Stop met economische steun en het geven van ontwikkelingsgeld. Rwanda’s begroting is voor 50 procent afhankelijk van buitenlandse steun. En ja, dat kan de bevolking raken. Maar de bevolking is al 28 jaar slachtoffer van een dictatoriaal opererende, superrijke president met een staatspartij die tot de rijkste politieke partijen ter wereld behoort.

Anneke Verbraeken is onafhankelijk onderzoeksjournalist.